Informatie
Adres: omgeving Slangenburg, Colmschate
Bouwjaar/eerste vermeldingsjaar: 1399
Alijt Udinges schonk in 1435 erve Oostrik aan het Sint-Augustinus Gilde te Deventer. In 1801 verkochten de erfgenamen van Hendrica Persoon erve Oostrik aan het Sint Jurriëngasthuis te Deventer. In 1822 droegen de pachters, de blinde Jan Oosterwijk en zijn vrouw Willemina, de bouwerij over aan hun zoon Hendrikus en zijn echtgenote Maria Mulder.
Het gasthuis liet in 1844 aan de boerderij herstelwerkzaamheden uitvoeren. Er werd een nieuwe schuur en een bak- en washuis aangebouwd. Hierdoor leek het op een langgevelboerderij, een boerderijtype dat veel voorkomt in Noord-Brabant. Hendrika Maria Oosterwijk was de laatste telg uit de familie die op Oostrik woonde. Zij trouwde in 1904 met Johannes Jeurnink uit
Tubbergen. Hun zoon Johannes jr. bleef op de boerderij wonen, totdat deze omstreeks 1975 werd verkocht aan de gemeente Deventer, De naam van de nieuwbouwwijk Oostrik herinnert nog aan deze boerderij.
Bron: Achter leilinden en kastanjebomen van Tonny Mulder
De boerderij van de familie Jeurnink en naamgever van de wijk ’t Oostrik. De boerderij was voorbestemd om een cultureel centrum te worden in de wijk, maar werd door brand verwoest.