Zuivelfabriek Colmschate

De Zuivelfabriek Colmschate

De Zuivelfabriek Colmschate

Het begin van de Zuivelfabriek

"Atelier" bij huize de Achterhoek te Colmschate. Hier werd in 1905 de eerste "zuivelfabriek" (op handkracht) gesticht
Atelier bij huize de Achterhoek te Colmschate. Hier werd in 1905 de eerste zuivelfabriek (op handkracht) gesticht door de eigenaar B.W. van Welderen Baron Rengers.

De melkfabriek in Colmschate heeft een geschiedenis die teruggaat tot aan de industriële revolutie in de tweede helft van de negentiende eeuw. Tot in de tweede helft van de negentiende eeuw werden melkproducten als boter en kaas vrijwel alleen op de boerderij gemaakt. De daarvoor benodigde room kwam van nature bovendrijven in de platte houten, later koperen bakken en het afgeschepte melkvet werd vervolgens gekarnd, waardoor het indikt: een zwaar en tijdrovend karwei.

Rond 1890, werden ten westen van De Achterhoek gelegen gronden verkocht, ten behoeve van de aanleg van de spoorweg van de Lokaal Spoorwegmaatschappij. Er werden ook enkele percelen verkaveld voor woningbouw en een zuivelfabriek.

In eerste instantie was de Zuivelfabriek ondergebracht in het ‘atelier/tuinmanswoning’ van L.L. Kleyn van Brandes op de buitenplaats De Achterhoek. In 1905 verhuisde het naar de Stationsweg. De Zuivelfabriek Colmschate maakte boter en consumptie melkproducten. In de volksmond heette de Zuivelfabriek ook wel ‘de oude melkfabriek’.

Nadruk op machinale verwerking

De melkontvangst bij de Zuivelfabriek Colmschate
1930: melkbussen bij de Zuivelfabriek

Bij de machinale verwerking van de zuivel in onder meer Denemarken, Engeland, Frankrijk en Amerika werd daarentegen juist veel aandacht besteed aan de hygiëne bij het verwerkingsproces. Daarbij maakten de ontwikkeling van de centrifuge en mechanische ontromer het mogelijk om grote hoeveelheden boter van een constante kwaliteit te bereiden. Een keerpunt was de komst van de melkcentrifuge in 1859. Omdat nu grote hoeveelheden room konden worden geproduceerd, bespoedigde dit de mechanisatie en de stichting van zuivelfabrieken. Door bovengenoemde ontwikkelingen werd in de omgeving van Deventer tussen 1890 en 1920 in vrijwel iedere plaats een zuivelfabriek opgericht. In het begin particuliere, maar al snel vooral coöperatieve bedrijven, omdat de boeren bij deze beheersvorm zelf betrokken bleven, het risico van mislukken gering was en zij iets terugzagen van de meeropbrengst. In 1905 resulteerde deze trend in de bouw van de Coöperatieve Zuivelfabriek “de Weteringen” in Colmschate.

In de periode tot de Tweede Wereldoorlog gaat de mechanisatie verder met onder andere de lopende band en de melkbussenspoelmachine. De fabrieken werden uitgebreid en gemoderniseerd.

Coöperatie IJsseldal

In 1947 besluiten de zuivelfabrieken in Wesepe, Bathmen, Terwolde, Colmschate en Wilp te gaan samenwerken. In 1950 sluiten de coöperatieve fabrieken van Wesepe (‘Nieuw Leven’), Colmschate (‘de Weteringen’) en Bathmen zich aaneen tot de ‘Verenigde Coöperatieve Fabrieken’ IJsseldal. De jaarproductie bedraagt op dat moment 6 miljoen liter melk.

In 1954 wordt de verbruiksvereniging Ons Belang in Deventer overgenomen. De productie in Wesepe steeg hierdoor tot 10 miljoen liter melk. De samenwerking gaat gepaard met specialisatie van de productielijn. De Verenigde Coöperatieve Zuivelfabriek IJsseldal maakt boter en consumptiemelkproducten. De fabriek in Colmschate
specialiseert zich in melkpoeder, die in Bathmen in kaas en die in Wesepe in overige melkconsumptieproducten. Aan de Boxbergerweg in Deventer, waar het hoofdkantoor gevestigd was, bevonden zich de koelcellen voor de bevoorrading van de stad.

De specialisatie van de productie ging gepaard met uitbreiding van de fabriekshallen. Zo werd de fabriek in Colmschate in de jaren 60 uitgebreid met diverse extra productiehallen en bijbehorende ruimtes. In 1970 is IJsseldal opnieuw een fusie aangegaan en wel met de Coberco in Zutphen. De fabriek in Colmschate sluit in 1971.

Bedrijfsverzamelgebouw

De melkfabriek was sindsdien in gebruik als bedrijfsverzamelgebouw met een grote variatie aan verschillende huurders. In 2021 is het gebouw gesloopt en staat alleen de schoorsteen er nog. In 2024 is er op het terrein gestart met de bouw van huizen die samen de buurt ‘de Melkfabriek‘ vormen. Een directe verwijzing naar het industriële verleden in de nieuwe buurt is het fabrieksplein met daaromheen de fabriekswoningen met platte daken die tezamen doen denken aan de oude zuivelfabriek. Een buurt rondom de oude schoorsteen dus, die als monument is bestempeld!

Meer over de geschiedenis van de Sallandse Zuivelfabrieken lees je hier.

Film

Film over het leven van melkrijder Jan Kappert in Diepenveen

Protected by Security by CleanTalk and CleanTalk Anti-Spam