Landgoed De Bannink

Buitenplaats
De Bannink met Huize De Bannink is een landgoed en buurtschap in de gemeente Deventer. De Bannink bevindt zich ten zuiden van de Holterweg. Het vormt een geheel met het minder bekende landgoed De Elmerink dat als afzonderlijk landgoed ten noorden van de Holterweg werd gesticht.
Samen beslaan zij als landgoed ruim 300 hectare, waarvan een derde uit bos, natuur en waterpartijen bestaat en ruim twee derde voor landbouw wordt gebruikt.
Het goed Bannink
‘Het goed Bannink’ is het oudste van de twee en werd al genoemd in 1385. Want dan verschijnt er een leenakte Het ‘goed to Banninck, gelegen in den kerspel van Deventer, in der buerschap van ste Claes’ op naam van Wyssa Banninx.
Het was gelegen tussen de Schipbeek en de Oude Postweg, de voorganger van de huidige Holterweg. Dat was in die tijd een belangrijke handelsroute over Holten naar Duitsland.
In de 15e eeuw resideerde hier Vrouwe Aleid to Bannink met haar echtgenoot Hendrick Ketell. Nadat de Deventer burgemeester Joan Jordens het landgoed had gekocht in 1682, is door zijn zoon Hendrik een nieuw huis aangelegd, omgeven door een geometrisch lanenstelsel. De familiewapens van deze Hendrik Jordens en zijn echtgenote Elisabeth Mechteld Roelinck sierden de voorgevel van dit nieuwe huis. Zo’n honderd jaar later werden hier een bouwhuis en een hovenierskamer bijgebouwd door hun nazaat Rudolph Jordens. Deze Rudolph Jordens was getrouwd met Mechteld Theodora ten Brink. En dankzij dit huwelijk en overerving zou Landgoed De Elmerink bij De Bannink komen.
Nog meer landgoederen
De dochter van Rudolph en Mechteld, Anna Mechteld trouwde daarna met Antonie Pieter van Westerveld, heer van Leuvenum, waardoor De Bannink, De Elmerink samen met landgoed Leuvenum bij Ermelo in één familie kwamen. En toen hun dochter Aleida op haar beurt trouwde met baron Sandberg, die heer van Essenburg was, kwamen daar ook het kasteel en landgoed van Essenburg nog bij.
Sandberg
In 1803 sluit de Zwolse jurist Samuel Sandberg (1778-1854) een strategisch huwelijk met de laatst overgebleven erfgename (Aleida Johanna Van Westervelt geb. Jordens) van landgoederen en kastelen De Bannink, de Essenburg en Leuvenum. Deze Sandberg is een verre nazaat van landbouwers te Elburg en is geboren op ’t Laer, Ommen. Kort na de Franse tijd wordt hij voorzitter van de Tweede Kamer en lid van de Raad van State en laat zichzelf op basis van de nieuwe grondwet in de adelstand verheffen. De Sandberg adel zal uitgroeien tot ‘een geslacht van stijve, droge Nederlands Hervormde juristen’, in termen van schrijver Max Arian.
Een verarmde Van Westervelt laat in 1817 De Bannink veilen dat daarbij in handen geraakt van zijn schoonzoon Samuel Sandberg. Deze laat de fraaie panden op De Elmerink en Aarnink slopen en het gecombineerde landgoed krijgt een parkinrichting in Engelse landschapsstijl met zichtlanen en kolken.
De Sandberg dynastie wordt in korte tijd schatrijk door vererving en belegging, maar die rijkdom zal binnen drie generaties verdampen.
Nazaat Rudolph Antonie Peter Sandberg (die daarvoor op Klein Essenburg te Hierden woonde) laat het huis op De Bannink afbreken en er een nieuw landhuis bouwen naar ontwerp van de Deventer architect J.D. Gantvoort. Het huis wordt in 1896 gebouwd in neorenaissancestijl. Bij de bouw van het landhuis wordt ook een slotgracht aangelegd. Buiten de poort staat een koetshuis, dat nog veel elementen bevat uit de oude tijd. Het bood ruimte voor paarden en later voor het stallen van een van de eerste auto’s in het land, zijn Benz Dogcart met rijkskenteken nummer 219. Rudolph Antonie Peter Sandberg wordt kort daarop voorzitter van de KNAC.
De laatste eigenaren zijn onder meer Ferdinand François baron de Smeth, een Brusselse bankier die in 1913 te Diepenveen huwde met jonkvrouw Ada Wilhelmina Sandberg tot Essenburg, wier familie deze buitenplaats bezat. In de jaren 30 van de vorige eeuw moeten kasteel de Essenburg en een viertal landgoederen worden afgestoten. Uiteindelijk resteren alleen nog de landgoederen De Bannink en Leuvenum, tezamen 800 hectare.
Begin deze eeuw besluiten de laatste freules Sandberg hun resterende bezittingen in een familiestichting onder te brengen. Huize de Bannink is dan al tien jaar verhuurd omdat er geen familieleden meer wonen.
Treinhalte
In 1888 kreeg het landgoed middels de stopplaats Bannink een directe opstapgelegenheid voor treinen die reden over het traject Deventer – Almelo dat over het landgoed was gelegd. In 1932 werd deze stopplaats opgeheven.
Huidige eigenaren
Tegenwoordig is landgoed De Bannink in bezit van Stichting Sandberg van Leuvenum. Het huis wordt verhuurd aan de familie Scheffer-Tegel die er haar bedrijf TCF heeft gevestigd.
Bron: boek In Deventer Landgoederen en Historische Buitenplaatsen en website van Huize De Bannink
Film over Landgoed De Bannink
Een film die is gemaakt door de Facebookpagina Colmschate Vrogger en Noe en Gemeenschapshuis De Kuip